Personeelsbeleid
Het tweede domein heeft betrekking op het personeelsbeleid van de zorginstelling. Wanneer voert een zorginstelling een cultuur sensitief personeelsbeleid? Meestal wordt hierbij vooral gedacht aan het creëren van een cultureel divers personeelsbestand. Voor een zorginstelling die cultuursensitief wil werken is het echter niet alleen belangrijk dat haar medewerkers cultureel divers zijn, maar ook dat alle medewerkers (ook diegenen met een Nederlandse achtergrond) over voldoende culturele competenties beschikken. In de onderstaande tabbladen vindt u meer informatie over beide onderwerpen.
Een cultuursensitieve zorgorganisatie streeft niet alleen naar een cultureel diverse cliëntpopulatie, maar ook naar een cultureel divers personeelsbestand. Hier worden verschillende redenen voor aangedragen. De eerste reden is van ethische aard: alle (potentiële) medewerkers zouden gelijke kansen moeten krijgen. De populatie van medewerkers vormt dan ook idealiter een afspiegeling van de (potentiële) cliëntpopulatie én van de samenleving als geheel. In de tweede plaats is een divers personeelsbestand wenselijk vanuit praktische overwegingen: cliënten krijgen hierdoor meer mogelijkheden om in hun eigen taal of door iemand uit hun eigen cultuur te worden behandeld en vinden wellicht eerder herkenning of acceptatie bij een zorginstelling die cultureel diverse medewerkers in dienst heeft. Een zorginstelling doet er bovendien goed aan om ernaar te streven dat cultureel diverse medewerkers zijn vertegenwoordigd in alle teams en in alle lagen van de organisatie (dus ook in leidinggevende functies).
Zorginstellingen kunnen verschillende maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat zij cultureel diverse medewerkers beter kunnen bereiken en behouden. Kijk voor een overzicht van deze maatregelen bij aanbevelingen voor personeelsbeleid.
Wanneer het gaat om cultuursensitief personeelsbeleid, is het tevens van belang dat alle medewerkers, ongeacht hun culturele achtergrond, beschikken over voldoende culturele competenties (oftewel: competenties om om te gaan met cultuurverschillen). Dit betekent dat zij in ieder geval beschikken over:
- Cultuur sensitieve kennis (onder andere over de betekenis van cultuur, ras en discriminatie; de invloed van acculturatie op psychosociale ontwikkeling, specifieke culturele groepen en hun normen en waarden; cultuurspecifieke communicatie; cultuurspecifieke stoornissen; stigma en schaamte; cultuursensitieve interventies en/of de omgang met tolken.
- Cultuur sensitief bewustzijn (onder andere van zichzelf en hun eigen vooroordelen, het contrast tussen de eigen cultuur en de cultuur van hun cliënten en het risico op stereotypering en assumpties.
- Een cultuur sensitieve attitude (onder andere bereid zijn om te leren over cultuur en het culturele wereldbeeld van cliënten; het erkennen en accepteren van culturele verschillen; het ter discussie willen stellen van hun eigen visie en het willen onderzoeken van hun eigen identiteit en gebruiken)
- Cultuur sensitieve vaardigheden (onder andere de vaardigheid om een open en veilige sfeer te creëren; empathie te tonen; hun communicatiestijl aan te passen aan de behoeften en voorkeuren van de cliënt; een cultureel geaccepteerde rol aan te nemen; diagnostiek en behandeling aan te passen aan de culturele behoeften en de context van de cliënt; of om te gaan met tolken of intercultureel intermediairs)
Deze vier soorten competenties zullen medewerkers in staat stellen om goed te functioneren in interculturele situaties. Wanneer medewerkers over deze competenties beschikken, zullen zij vermoedelijk beter in staat zijn om cliënten met een andere culturele achtergrond goede ondersteuning te bieden. Zorginstellingen kunnen verschillende maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat hun medewerkers over voldoende culturele competenties beschikken. Kijk voor een overzicht van deze maatregelen bij aanbevelingen voor personeelsbeleid.